2 Koningen 11

De zevenjarige Joas wordt koning

1Toen Athalia, de moeder van koning Ahazia van Juda, hoorde dat haar zoon dood was, doodde zij al zijn kinderen, 2,3 uitgezonderd zijn één jaar oude zoon Joas. Joas werd gered door zijn tante Joséba, een zuster van koning Ahazia. Zij was namelijk een dochter van koning Joram, Ahaziaʼs vader. Zij haalde hem weg bij de andere kinderen van de koning, die zouden worden gedood en verborg hem en zijn verzorgster in een bergplaats in de tempel. Zij bleven daar zes jaar verborgen, terwijl Athalia over het land regeerde.

In het zevende regeringsjaar van koningin Athalia riep de priester Jojada de officieren van de paleiswacht en de koninklijke lijfwacht bij zich. Hij ontmoette hen in de tempel van de Here, liet hen geheimhouding zweren en toonde hun de zoon van de koning. Daarna gaf hij de volgende instructies: ‘Eén derde van hen die op de sabbat dienst hebben, moet het paleis rondom bewaken. De anderen moeten de wacht houden bij de tempel. Ga met de wapens in de hand rond de koning staan en dood ieder die door het kordon tracht te breken. Blijf onder alle omstandigheden bij hem.’

De officieren voerden de aanwijzingen van Jojada uit. Zij brachten zowel de mannen die op de sabbat geen dienst hadden als hen die wel dienst hadden bij Jojada. 10 Deze bewapende hen uit de voorraad speren en schilden die aan koning David hadden toebehoord en nog steeds in de tempel lagen. 11 De wachters stonden met de wapens in de hand aan de voorzijde van het heiligdom, vanaf de rechtervleugel tot aan de linkervleugel, en omringden het altaar dat vlakbij Joasʼ schuilplaats stond. 12 Jojada liet de jonge prins tevoorschijn komen, zette hem de kroon op het hoofd, gaf hem een exemplaar van het wetboek in handen en zalfde hem tot koning. Iedereen applaudisseerde en schreeuwde: ‘Lang leve de koning!’

13,14 Het lawaai drong ook door tot Athalia en zij rende de tempel binnen. Daar zag zij de nieuwe koning naast de pilaar staan, zoals gebruikelijk was bij een kroning, omringd door haar lijfwacht en vele trompetblazers, het aanwezige volk danste van blijdschap en blies op de trompetten. ‘Verraad! Verraad!’ schreeuwde zij en begon haar kleren te scheuren. 15 ‘Zorg dat zij hier weg komt!’ riep Jojada de officieren van de wacht toe. ‘Dood haar niet hier in de tempel. Maar sla ieder neer die probeert haar te hulp te komen!’ 16 Zij sleepten haar naar de paleisstallen en doodden haar daar.

17 Jojada sloot een verbond tussen de Here, de koning en het volk, waarin zij beloofden voortaan het volk van de Here te willen zijn. Ook zorgde hij voor een overeenkomst tussen de koning en zijn onderdanen. 18 Daarna begaf de hele menigte zich naar de tempel van Baäl om die met de grond gelijk te maken. Zij braken de altaren af, sloegen de beelden kapot en doodden Mattan, de priester van Baäl, voor zijn eigen altaren. En Jojada stelde opzichters over de tempel van de Here aan. 19 Daarna leidde hij samen met de officieren, de wachters en alle anderen de koning vanuit de tempel, via het wachtverblijf, naar het paleis. En zo nam Joas plaats op de koningstroon. 20 Iedereen was blij met de gang van zaken en de stad kwam weer tot rust na de dood van Athalia. 21 Joas was zeven jaar toen hij koning werd.